CRISIS? NIX CRISIS

Een van de weinige nadelen van een lange verre vakantie – naast het feit dat je je eigen bed niet mee kunt nemen, je in hotels vaak in bad moet douchen en je veel te lang in een nauwelijks comfortabel te noemen vliegtuig moet doorbrengen – is dat je zomaar ineens een uiterst belangrijk nieuwsbericht kunt missen. Ik zie trouwens dat de voorgaande zin maar liefst vijfenvijftig woorden lang is, wat de optimale leesbaarheid van dit stukje natuurlijk niet ten goede komt. Mijn excuses. Het zal niet meer voorkomen.

Het nieuwsbericht in kwestie rekende definitief af met de vrouwelijke veronderstelling dat wij mannen ons aanstellen als we ziek zijn. Universitair onderzoek wijst namelijk uit dat wetenschappelijk bewezen is dat mannen griep veel heftiger ervaren dan vrouwen. Voor het eerst vonden de onderzoekers bewijs dat er een samenhang bestaat tussen testosteronwaarden en het immuunsysteem. Kort gezegd: hoe hoger de testosteronwaarde, hoe groter de invloed op een beperkte werking van het immuunsysteem. In feite komt dit neer op het volgende: hoe mannelijker je bent als man, hoe meer hinder je ondervindt van je griep. Eindelijk gerechtigheid dus, hoewel ik vrees dat dit nieuws bij mij thuis zal worden ontvangen met de vrolijke opmerking: “Nou, dan zal het bij jou wel meevallen.”

Een ander fenomeen dat de afgelopen tijd geheel langs mij heen is gegaan, is de zogenaamde ‘quarterlife crisis’. Dit schijnt vooral bij millennials de kop op te steken, vanuit een bepaalde druk dat je altijd maar moet presteren, uitblinken en jezelf onderscheiden. Blijkbaar heeft het ook te maken met een beschermde opvoeding, waardoor het echte leven nogal kan tegenvallen voor tobbende twintigers en dolende dertigers. Het valt ook allemaal niet mee. Toen ik op de Belgische website Newsmonkey de ‘23 signalen dat je in een quarterlife crisis zit‘ doorlas, werd het zelfs een beetje – zeg maar gerust meer dan een beetje – lachwekkend. Want hoe serieus kun je opmerkingen als ‘je vindt het steeds leuker om eens iets rustigs te doen met je vrienden’ (signaal 8) of ‘je denkt erover na om een grote reis te maken ... nu het nog kan’ (signaal 12) nemen, vanuit het oogpunt van iemand die halverwege de twintig is.

Nu behoor ik zelf tot de Generatie X, ook wel Generatie Nix of zelfs de Verloren Generatie genoemd: de generatie die net na de babyboom opkwam en die door de massaliteit van de vorige generatie weinig kansen had op de arbeidsmarkt en in de cultuur. Dus jongens en meisjes: wij hadden het pas moeilijk. Het kan maar duidelijk zijn. Alleen hadden wij niemand die ons vertelde dat we wel eens een quartlife crisis zouden kunnen hebben. Hoewel die term al halverwege de jaren zestig is bedacht. Ik bedoel maar. De term op zich is trouwens ook al merkwaardig, want het suggereert wel een heel optimistische levensverwachting. Als dit je rond je vijfentwintigste overkomt, haal je logischerwijs in elk geval de honderd. Dat lijkt me toch voldoende vooruitzicht om jezelf uit je dipje te hijsen en vol goede moed de snel naderbij komende midlifecrisis tegemoet te treden.

Kortom: het hele gedoe komt op mij nogal aanstellerig over en als man weet ik daar toevallig alles van.

© 2018 – Peter Ludikhuize


Twitter Facebook LinkedIn Volgen


CRISIS? NIX CRISIS

Column: Hokplicht

Nog even geduld...

Mijn nieuwe boek komt eraan

FAN-TASTISCH

MISVERSTANDIG